Op 23 februari 1763 de slavenopstand van Berbice. Nederland heeft Berbice, nu onderdeel van Guyana, ongeveer tweehonderd jaar gekoloniseerd. Eerst in ‘patroonschap’ van de Zeeuwse koopmansfamilie van Pere sinds 1627. Daarna door een Amsterdamse aandelenfirma "De Sociëteit van Berbice".

De leefomstandigheden van tot slaaf gemaakten in Berbice waren al lang slecht. Ze werden nog erger in de jaren voor de opstand vanwege wijdverspreide ziektes. De oorlog in Nederland zorgde ook voor minder eten in de regio. Dit zorgde voor veel slachtoffers, de overgebleven tot slaaf gemaakten moesten hierdoor het werk van meer mensen doen. 

Door deze omstandigheden besloten mensen in opstand te komen. De opstand begon op de plantage Magdalenenburg en sloeg over naar andere plantages. Zoals de plantage waar de leider Cuffy (geboren Kofi) zelf een opstand was begonnen. Cuffy was een vrijgeboren Akan man, uit west Afrika. Nadat hij tot slaaf was gemaakt was hij naar Berbice gezonden.
​
In Berbice waren tussen de vijf- en zesduizend tot slaaf gemaakten, en maar 350 witte kolonisten. Hierdoor was de opstand zo succesvol. De opstand werd uiteindelijk pas onderdrukt in de zomer van 1764. Vandaag wordt 23 februari nog steeds herdacht als nationale feestdag in Guyana.